Stoer en strak - Verffabriek wordt trendy loft

Loft met binnentuin

Publicatie De Standaard Wonen & Reizen - tekst Karin Eeckhout, foto's Thomas De Bruyne

Loft met binnentuin

Publicatie De Standaard Wonen & Reizen - tekst Karin Eeckhout, foto's Thomas De Bruyne

Het authentieke loftgevoel ervaren en toch genieten van het comfort van aparte bad-­ en slaapkamers én een afgesloten bureau? Het kan, zolang de ruimte maar groot genoeg is, en er gedacht is aan de nodige perspectieven en doorzichten.

Het gebouw heeft een industrieel verleden en dat mag je zien, vin­den bewoners en interieurarchi­tect. De originele bakstenen muren en plafonds werden daarom behouden en aangevuld met an­dere stoere en ruwe materialen, zoals de betonnen vloer en het be­tonnen keukentablet dat over de hele wand doorloopt om aan de tafel een zitbank te worden. En dan is er ook nog de betonnen sok­kel, die de hele zithoek beslaat. ‘Als je op een verhoog zit, dan krijg je een beter overzicht over de ruimte’, verklaart Rik Hendrickx die keuze. Tegelijk dient de sokkel als een discrete afbakening van de zithoek. En je kan er ook nog op zitten. Handig wanneer er veel volk op bezoek is.’ Die koele materialen mochten contrasteren met natuurlijke, warme materialen, zoals het hout van de slaapkamerplafonds en de vloeren in Indonesisch teakhout.

Best of both worlds

Alexander en Stefanie wonen op de hoogste verdieping van een voormalige verffabriek in Gent. In een loft die deel uitmaakt van een idyllisch gelegen woonproject aan het water van het Lieve kanaal. ‘Een su­perlocatie, op een boogscheut van het historische centrum van Gent en véél vierkante meters. We heb­ben niet lang getwijfeld’, zegt Alexander. 
Voor de inrichting van de casco loft klopte het stel aan bij interi­eurarchitect Rik Hendrickx. ‘De loft was één grote lege open ruim­te van 350 vierkante meter, met in het midden enkel kolommen’, zegt Hendrickx. ‘Mijn opdracht was duidelijk: het typische open ge­voel van een authentieke loft be­houden, maar mét het comfort van een groot appartement. Con­creet wilde dat zeggen dat de be­woners drie slaapkamers en twee badkamers wilden, een apart bu­reau én een dressing. Gelukkig is deze ruimte groot, maar dan nog vroeg het ontwerp wat kunst­ en vliegwerk.’ 
Om het gevoel van een grote open ruimte te behouden, werd er een groot volume geplaatst dat niet doorloopt tot aan het plafond. ‘Zo lijkt het alsof de ruimte doorloopt. ’
Belangrijk was ook om voor vol­doende perspectief te zorgen. Eén lange as maakt dat je van aan de voordeur via de inkomhal, de was­ plaats en de keuken kunt doorkij­ken tot helemaal achteraan in de badkamer. Evenwijdig daarmee vormen ook de kolommen in het midden van de loft een lijn. En de herhaling van de zuilen wordt nog versterkt door de repetitie van de wandverlichting.

Keukeneiland

De keuken werd ontworpen in sa­menwerking met de Kortrijkse bulthaup­dealer k vorm. Ze moest sober en strak zijn en het industri­ële karakter van de loft benadruk­ken, maar toch verfijning uitstra­len. De bulthaup b3 ­lijn in inox bleek daarvoor het meest ge­schikt. ‘Het inox contrasteert mooi met de houten vloer, de ruwe bakstenen muren en het beton­nen aanrecht’, vindt Rik Hen­drickx. Alexander en Stefanie wilden graag een groot keukeneiland. ‘Het is een grote ruimte dus het moest vullend zijn.’ Het keukenei­land van 3.60 meter op 1.20 meter maakt die ambitie helemaal waar.

Eye-catcher

‘Dit keukenblok maakt het interi­eur, het is dé eycatcher’, vindt Rik Hendrickx, ‘precies omdat het zo centraal staat in de ruimte.’ Ook figuurlijk staat het centraal. ‘Alles wat we doen, draait rond dit blok’, merken de bewoners. ‘We komen thuis en leggen onze sleu­tels erop, we eten hier een snelle snack, leggen hier de post neer.’ Het eiland is bovendien functio­neel want voorzien van veel geslo­ten bergruimte. Het keukenblok contrasteert ook met de witte wand waarin de koe­ling is verwerkt. ‘Die wand – met koelkast, diepvriezer en wijnkoe­ler – wilden we niet in inox bekle­den. Dat zou te sterk naar voor ko­men. Daarom hebben we alles af­ gewerkt in dezelfde kleur als de muur, waardoor enkel de wijnkoe­ler met glazen front eruitspringt.’ De dampkapmantel – een eigen ontwerp van k vorm – kreeg dan weer de donkere kleur van de haard.

Denkwerk

Een kleine ruimte vraagt gepuz­zel, maar een heel grote ruimte in­ richten vergt ook wat denkwerk. ‘Het keukenblok moest groot ge­noeg zijn of het zou helemaal in het niets verdwijnen. Een kleine canapé zou je niet zien staan, de ruimte vraagt grote zitmeubels. Hetzelfde geldt voor de tafel, ook die is een formaat groter dan doorsnee. En ook de haard moest in verhouding zijn.’ ‘De bewoners wilden absoluut een houthaard, waar ik ook voorstan­der van ben. Er gaat niets boven de geur en het geknetter van een echte open haard. Deze kan wor­den afgesloten, maar kan ook he­lemaal openschuiven in twee rich­tingen, zowel naar de keuken als naar de zithoek toe.’

Haard

‘De bewoners wilden absoluut een houthaard, waar ik ook voorstan­der van ben. Er gaat niets boven de geur en het geknetter van een echte open haard. Deze kan wor­den afgesloten, maar kan ook he­lemaal openschuiven in twee rich­tingen, zowel naar de keuken als naar de zithoek toe.’

uit 'Stoer & Strak: Verffabriek wordt trendy loft'
Gepubliceerd in De Standaard Wonen en Reizen - 13.09.2015
Tekst Karin Eeckhout, Foto's Thomas De Bruyne

Artikel teilen
Info