Hoog van de toren

Hoog van de toren

Publicatie Knack Weekend - Tekst Piet Swimberghe, foto’s Jan Verlinde

Hoog van de toren

Publicatie Knack Weekend - Tekst Piet Swimberghe, foto’s Jan Verlinde

Wonen in een voormalig kantoorgebouw. Het klinkt ongezellig, tot je deze flat op de Antwerpse
 Leien binnenstapt, badend in ouderwetse klasse. Ooit ontworpen door Léon Stynen en vandaag omgeturnd tot een mooi in elkaar vloeiend geheel, even warm als uitgepuurd.

Als je over de Antwerpse Leien fietst en de tijd neemt om naar de gevels te kijken, zie je heel wat parels. Onder meer het gebouw waarin we deze flat ontdekken, op de hoek van de Frankrijklei en de Van Cuyckstraat, dat omstreeks 1961 opgetrokken werd naar de plannen van architecten Léon Stynen en Paul De Meyer. “Dit hypermoderne kantoorgebouw werd opgetrokken voor L’Assurance Liégeoise”, legt bewoner Paul Lambers uit, die hier samen met zijn vrouw Dominique Penninckx sinds korte tijd woont. Hun belangstelling voor architectuur heeft zeker meegespeeld bij de keuze voor dit gebouw, dat de afgelopen jaren werd gerenoveerd.
 Stynen bouwde een bijzonder lange carrière uit en werd bijna honderd jaar oud. Hij was al voor de oorlog actief en werkte toen vooral in een door Bauhaus geïnspireerde stijl. Maar dat hij ook opkeek naar Le Corbusier merk je vooral in zijn naoorlogse projecten, die hij samen met architect De Meyer realiseerde, zoals de BP-building waar nu de Bank Delen huist. Aan dat kantoorgebouw merken we de bewondering van de ontwerpers voor de verfijnde brutalistische architectuur die Le Corbusier in de jaren vijftig hanteerde. Het gebouw heeft toch iets van diens Unité d’Habitation in Marseille en Chandigarh-projecten. Ook hier merk je dat de hele constructie ophangt aan het gevelraster, dat niet alleen als zonnewering dienstdoet, maar ook als maatvoering in de flat voelbaar is.

Voor de bewoners, Dominique Penninckx en Paul Lambers, herinnert het ‘barnwood’ op de wanden en de antieke teak op de vloer aan de landelijkheid die hier, in hartje stad, voor rust zorgt.

Het kantoorgebouw uit de vroege jaren zestig, ontworpen door Stynen en Demeyer, is duidelijk van Amerikaanse inspiratie.  

Mooi versleten

Paul en Dominique woonden jarenlang in de bossen van Bonheiden. “Tot onze woning aan renovatie toe was, de tuin opeens te groot leek en de stad ons meer en meer aantrok, want hier leven is heerlijk. Je hebt geen wagen nodig, en ons culturele leven is zoveel rijker geworden, met alles dichtbij, van de bioscopen tot de Singel”, aldus Paul Lambers. Ze kochten de flat casco en lieten hem inrichten door interieurontwerper Jan Smits van Pas-Partoe (Heindonk), die meteen inspeelde op de structuur van de architectuur van Stynen en De Meyer. “Toen je hier voor het eerst binnenstapte, was er niets, waardoor de betonconstructie van de buitengevel extra goed zichtbaar was. We hebben het ritme daarvan overgenomen om de flat in te delen. Omwille van het ruimtegevoel koos ik ervoor om twee assen te creëren: een voor de gang en een langs de ramen, om op deze manier het dieptezicht te versterken”, aldus Jan Smits. De bewoners wilden een interieur met een klare, zeg maar leesbare structuur die de openheid van het uitzicht op de Leien in huis haalt en toch voor een beschermend gevoel zorgt. “Daarom hebben we de indeling beperkt en niet met afgesloten ruimten gewerkt, ” legt Smits uit, “maar het mocht ook geen koele ruimte worden. Het was ooit een kantoor, maar moest een ‘warm’ appartement worden. Daarom besloten we om veel hout te gebruiken. Geen gewoon hout bovendien. Voor alle vloeren werd oude teak gebruikt uit een slooppand, dus met een prachtig doorleefd patina.” Dat bijzonder resistente materiaal werd overal aangewend, van de keuken tot in de slaapkamer.

In de eethoek geniet je van het uitzicht over de Leien. De sierlijke tafel is van Charles Rennie Mackintosh en de stoelen van Saarinen.

In de woonruimte staat de bulthaup-keuken centraal.

Jan Smits ontwierp een enfilade van de slaapkamer en badkamer naar de zitkamer, om optimaal van de lichtinval te genieten en ruimte te creëren.

Jan noch de bewoners houden van vloeren die er perfect en glad uitzien en vinden net het contrast tussen ruwe en gladde elementen mooi. Je merkt dit ook aan de op maat gemaakte bulthaup-keuken, voorzien van een mooi marmeren blad en afgewerkt met zwart gebeitst eikenhout, in combinatie met een hele wand vol Marokkaanse zelliges. Ook hier gaat het om de dialoog tussen artisanale en natuurlijke materialen en strakke elementen. “Hier zijn vooral de algemene lijnen wat strakker of gladder, maar niet de details, ” legt Jan uit, “daarom wensten de bewoners bijvoorbeeld ook de betonnen zoldering te bewaren, die helemaal past bij de structuur van de gevel.” Dat betonnen plafond werd lichtjes gerestaureerd, omdat het beschadigd was en voor nogal wat stof zorgde, maar dat werd zo goed gedaan dat je het niet merkt.

Er werd prachtig hout gebruikt voor de tussenwanden. “Hout met een patina, zogenaamd barnwood, ” legt Paul Lambers uit. Het is geoxideerd vurenhout van oude, afgebroken schuren dat netjes wordt gemaakt, afgeborsteld en behandeld tegen houtworm en vervolgens een mooi materiaal is om je interieur een ruw accent mee te geven.

Zowel de bewoners als Jan Smits vinden het belangrijk dat je daardoor voelt dat dit geen nieuw gebouw is, maar een plek met een ziel. Iets wat je trouwens al merkt bij het betreden van het gebouw, want de inkomhal uit de sixties bleef onaangeroerd.

www.pas-partoe.be

ID Léon Stynen

Léon Stynen (1899-1990) was een van dé tenoren van de moderne architectuur. Je mag hem de Antwerpse Le Corbusier noemen. Hij zwoer bij de functionele architectuurstijl van de vooroorlogse avant-garde.

Hij ontwierp woningen, kantoren zelfs casino’s, zoals dat van Knokke, Blankenberge en Oostende. 



Hij was al voor de oorlog actief. Daarna had hij een bijzondere carrière, samen met architect Paul De Meyer.

Zijn voornaamste naoorlogse iconen zijn deSingel (begonnen in ’58), de BP-toren (’60-’63) en het kantoor van L’Assurance Liégeoise (’61-’62).

 

 

Publicatie uit Weekend Knack - 15/11/2017
Tekst Piet Swimberghe, foto's Jan Verlinde

Share Article
Find retailer